De juiste spaaklengte (I)

Als u een naaf en een velg heeft en u wilt daarmee een wiel gaan maken dan moet u beginnen met een paar controles die zozeer voor de hand liggen dat ze overbodig lijken maar die dat toch niet zijn.

1) Controleer dat de naaf en de velg een gelijk aantal spaakgaten1 hebben; een 24-gaats naaf gaat uitsluitend samen met een 24-gaats velg, een 28-gaats naaf uitsluitend met een 28-gaats velg, etc.
2) Controleer dat de verdeling van het aantal gaten bij zowel naaf als velg gelijk is; een 24-gaats naaf met zowel links als rechts 12 gaten (= standaard) gaat alleen samen met een 24-gaats velg met zowel links als rechts 12 gaten. Bij een velg van goede kwaliteit is de helft van de spaakgaten namelijk bedoeld voor de spaken die van de rechterkant (body-kant) van de naaf komen en de andere helft voor de spaken die van de linkerkant komen. De spaakgaten zijn om en om 'naar rechts' en 'naar links' geboord (dit wordt 'angled drilling' genoemd) om ervoor te zorgen dat de spaak en nippel mooi in elkaars verlengde liggen en er geen knik ontstaat op het punt waar de spaak de nippel in gaat. Dit is echter niet bij alle velgen zo en bij deze velgen hoeft dan alleen het aantal spaakgaten overeen te komen met het aantal gaten in de naaf.
3) Als de gaten in de naaf niet gelijk over de linker- en rechterkant verdeeld zijn (bijvoorbeeld 8 links en 16 rechts, of, zeldzamer, 7 links en 14 rechts) dan moet de verdeling van de gaten in de velg daarmee corresponderen. Bij het invoeren van de meetgegevens in de spaaklengtecalculator moet hier rekening mee worden gehouden.
1 men spreekt bij naven ook van '(spaak)gaten' ook al hebben sommige moderne naven geen gaten maar zit de spaakkop bijvoorbeeld achter iets gehaakt; met 'spaakgaten' worden dan de punten bedoeld waar de spaken vastzitten in de naaf

Na deze eerste controles gaan we de zogenoemde ERD (Effective Rim Diameter) bepalen. De ERD is de afstand tussen de uiteinden van twee zich in de velg bevindende nippels die zijn aangebracht aan twee in elkaars verlengde liggende spaken, minus de koppen van de nippels. Een normale spaakkop is 2 mm lang. Gebruik normale nippels bij het bepalen van de ERD. Als u nauwkeurig meet en uiteindelijk alle gegevens goed invoert in de spaakcalculator en u gebruikt de door de calculator aanbevolen spaaklengtes dan zullen de uiteinden van de spaken ongeveer halverwege de kop van de nippel komen of ietjes verder. Gebruikt u nippels met een extra kop boven op de normale kop, dan kunt u desgewenst tot 3 mm langere spaken nemen. Als u aluminium nippels wilt gebruiken, gebruik dan zo'n nippel met extra kop en neem wat langere spaken dan de aanbevolen lengte. Bij aluminium nippels is het namelijk belangrijk dat het uiteinde van de spaak in ieder geval voorbij de (eerste) nippelkop komt.